In ‘De Coulissen’ van de natuur

maandag 17 juli 202317:46
null
Categorie
#welzijn
Waar de woningen te gast zijn en de natuur de boventoon heeft.

Het is een heerlijke zonnige ochtend als Peter Baalbergen me opwacht aan de Veurseweg bij de Vlindertuin in Leidschendam. We lopen een groen omlijst pad op langs de Vlindertuin. Kippen kruisen ons en libellen vliegen met ons mee. Op de achtergrond horen we pauwen en vogels. Aan het einde van het groene pad staat een picknicktafel die perfect uitkijkt op De Coulissen. De Coulissen is de nieuwste kleinschalige woonbuurt met 10 villa's van het gebied en ontwikkeld door Blauwhoed. Door de klaprozen achter de picknicktafel, de hazen die rondrennen over het veld en het ooivaarsnest - met moeder en kind – begeven we ons in een rijk groengebied, de Duivenvoordencorridor.

Tijdens de ontwikkelingen werkten we samen met stedenbouwkundige Peter Baalbergen. Al ruim 9 jaar werkt hij voor de gemeente Leidschendam-Voorburg. En sinds 2015 is hij betrokken bij de stedenbouwkundige en landschappelijke plannen in de Duivenvoordencorridor. Hij vertelt mij meer over deze groenzone en verbindingsgebied tussen de kust en het Groene Hart.  

Dit gebied transformeert van glastuinbouw naar een levendig groengebied waar de rijke cultuurhistorie terugkomt. De voormalige glastuinbouwgrond is gekocht door de gemeente. Maximaal 15% van de kassencomplexen mag besteed worden voor bebouwing. De rest is bestemd voor de natuur. 

Samenwerkingspartners

null

Duivenvoordecorridor: natuur- en cultuurhistorie komen samen

De Duivenvoordencorridor kent een rijke geschiedenis waar kasteel Duivenvoorde het zichtbare bewijs is. ‘Je kan het je misschien moeilijk voorstellen, maar in dit gebied stonden door de eeuwen heen paleisachtige buitenplaatsen, landhuizen en kastelen.’ Die rijke cultuurhistorie wordt op een nieuwe manier teruggebracht. Peter vertelt dat er in het gebied nog veel verborgen cultuur ligt. Zoals een waterpartij bij De Couilssen die afkomstig is van Instituut Noorthey, een kostschool uit de 17e eeuw. ‘We willen deze elementen terugbrengen en weer zichtbaar maken.’ 

Naast de rijke cultuurhistorie is de ligging van de plek ook uniek. Het is namelijk precies de grens van een droge en relatief hooggelegen strandwal. Met daaromheen moeras en veen. De zogenaamde geestengronden. De inpoldering van het veen zorgde voor goed akkerland en later veeteelt. Zo ontstond ook de glastuinbouw. 

Wandel- en fietspaden zorgen ervoor dat het voor de natuurliefhebber een prachtig gebied is om in te zijn. Het groen zorgt voor een groot leefgebied voor dieren en insecten. ‘De plek waar we nu staan is voormalig landbouwgrond. De gemeente heeft de afgelopen jaren volwassen, jongvolwassen en kleine bomen/planten geplant. Vervolgens heeft ze de natuur haar gang laten gaan. Het effect is duidelijk zichtbaar: er is veel meer diversiteit dan voorheen. In dit half uur zien we al veel vogels en insecten voorbijvliegen.’ vertelt Peter. 

‘Nu willen we terug naar een leefbaar coulisselandschap.’ Aldus Peter

null

Coulisselandschap

“Coulisselandschap betekent dat je open landschap afwisselt met bosdelen. Er zijn hele lange zichtlijnen maar je kan altijd wel naar andere landschapskamers kijken. Je ziet dat heel mooi naar voren komen bij kasteel Duivenvoorde. Het anker in het gebied. Dat type landschap is ook het uitgangspunt van de gehele stedenbouwkundige ontwikkeling.” Aldus Peter Baalbergen. 

De kaders van de ontwikkelingen zijn ontstaan in 2004. Maar door de nodige vertraging kon in 2016 de ruimtelijk uitnodiging geschreven worden. Samen met collega's heeft Peter de ruimtelijke uitnodiging opgesteld. ‘Gedurende het proces vonden er veel gesprekken plaatst met het Q-team. Een onafhankelijk team van landschapsarchitecten en architecten die de vroegere Rijksbufferzone bewaken gedurende de gehele ontwikkeling. Vervolgens werken we nauw samen met de marktpartijen om het gebied te ontwikkelingen. Vanuit mijn rol overzie ik het grotere geheel en de visie van het gebied. Daarbinnen hebben de marktpartijen ruimte hun plannen daarin te passen.’ Het is aan de gemeente en het Q-team de schone taak om te beoordelen of het project bijdraagt aan het landschap. ‘ 

‘Bij de ruimtelijke uitvraag was het ontwerp van Blauwhoed en Andrew van Egmond veruit het beste. In het ontwerp zag je duidelijk het coulisselandschap terugkomen. Zoals het brede bosrandblok met daar binnen genoeg plaats voor groen. Er is rekening gehouden met korte en lange zichtlijnen wat aansluit op de visie van het groter geheel. Van binnen naar buiten heeft het een speels effect. Woningen hebben genoeg zicht op de natuur, maar vanuit de verte vallen ze weg in de natuur. Er is veel gebruik gemaakt van diversiteit aan groen.’ 

null

De Coulissen: beleefbare natuur

Met Landschapsontwerper Andrew van Egmond vervolg ik later die middag het gesprek via teams. Hij woont namelijk in Canada op een idyllische plek in de bossen met uitzicht op de oceaan. Samen met Studio Blad Frank van Zuilen en Fiona Kidd maakten zij het landschapsontwerp van de Coulissen. 

Hoe verhoudt De Coulissen zich tot het groter gebied? 

“De Coulissen heeft een bepaalde schaal die de maat van het originele Coulisselandschap eert en respecteert.” 

Met het ontwerp van De Coulissen hebben we de geomorfologie, de vormen van het landschap en de processen die bij het ontstaan daarvan een rol spelen of hebben gespeeld, bestudeerd.  De Coulissen ligt op de rand van moeras/veengebied en de zandruggen. Dit wilden we terug laten komen in het ontwerp door goed te kijken welke boomsoorten bij dit overgangsgebied passen. Het type bomen op de westkant, zijn bomen die op zandgrond staan zoals eiken en beuken. In het veen/poldergebied is er bewust gekozen voor elzen, berken, veel wilgen en grassoorten.  

“Voordat ik begin met een ontwerp kijk ik eerst naar de algehele landschapsstructuur. Hierdoor kan je veel beter bepalen wat het gebied nodig heeft. Dat zou veel vaker moeten gebeuren." 

‘Verder hebben we gekeken naar de kaders. We hebben als het waren een coulisselandschap in het klein gecreëerd. Met zichtlijnen, tuinkamers, bos, openvlakte en een waterpartij die verbonden zijn met de rest van Duivenvoordencorridor.’ 

De zichtlijnen worden gedragen en begeleid vanuit de wegen en worden doorgetrokken in het gebied. Dit zorgt voor kaders die het Passe-Partouts zijn op het hele landschap.  

De waterpartij is teruggebracht en maakt onderdeel uit van het gehele coulisselandschap. Het wordt onderdeel van een groter waternetwerk en zorgt voor de verbinding tussen de verschillende landschappen. Een interessant weetje is dat wat nu de wadi is, in de 17e eeuw een waterpartij was. Destijds zorgde het al voor de grote zichtlijn die de gebieden verbindt. Zo wordt een stuk cultuurhistorie weer teruggebracht.  

“Hoewel het pas over 2 à 3 jaar echt te zien is hoe de woningen verdwijnen ‘achter de coulissen’, zie je nu al dat het ontwerp werkt. De Coulissen is het eerste project en daarmee direct een case-study voor het rest van het gebied." Aldus Peter Baalbergen 

Is er bewust gekozen om de woningen speels in het gebied te plaatsen? 

Het lijkt erop dat de woningen ‘random’ in het landschap zijn geplaatst, maar niets is minder waar. Door de woningen speels in het landschap te positioneren krijg je als bewoner maximaal zicht op het landschap. De bewoners zijn de toeschouwers vanachter het toneel, in de coulisse. Zij kijken het landschap in, verscholen tussen de natuur. De woningen zijn te gast en de natuur heeft de boventoon. De posities van de woningen zijn dus bewust zo geplaatst. 

Hoe behoud je privé en openbaar? 

‘Dat is altijd lastig. Als landschapsontwerper maak je iets uit een totaalvisie. Het blijft aan de bewoners zelf hoe ze het inrichten. Samen met Blauwhoed heb ik daarom een inspiratieboek ontwikkeld over wat er goed kan en wat liever niet. Zodat er bijvoorbeeld zoveel mogelijk inheemse soorten geplant worden en er geen ‘ibiza stijl’ tuinen verschijnen. Inheems is ook beter voor de biodiversiteit.’ 

‘In het allereerste ontwerp waren er nog geen erfgrenzen. Het was de bedoeling dat de bewoners het openbare landschap gingen beheren. Helaas is dit niet doorgegaan. Waardoor er nu – minimale -  - afscheidingen zijn. De uitdaging was om zo min mogelijk harde afscheiding te plaatsen, vandaar de keuze van de hagen. En er is per woning één wand geplaatst voor de benodigde privacy, deze is zo vormgegeven dat je er nog wel door heen kan kijken en zo alsnog openheid ervaart.’ 

Kan je wat meer vertellen over de beplantingen en biodiversiteit? 

‘Bij De Coulissen is de basis inheems zodat de identiteit van het landschap wordt benadrukt. De rest is cultivars, een plantaardig kweeksoort. Met deze combinatie wordt het ecologisch netwerk versterkt. Ik heb er wel opgelet dat niks invasief is, om te voorkomen dat de inheemse beplanting weg wordt gedrukt. Het gebied is divers. Zo is er natte en droge bos, zijn er wadi's en is er zowel veen als zandgrond. Hierdoor kan je met verschillende soorten beplanting werken en wordt het een divers gebied. En als het goed is zal er in de loop van de tijd door extensieve beheer natuur zelf gaan ontstaan. 

“Als ontwerpers zorgen wij voor de setting, het raamwerk. Maar vervolgens moet de natuur het overnemen. Zij creëert haar eigen biodiversiteit. Mits wij het niet te netjes willen houden. Het is een levensorganisme wat volwassen moet worden. Om vervolgens onderhouden te worden. Van jongstadium naar volwassen en weer terug. Zodat het als het ware ademt. De natuur neem het over.” 

Wat is onze rol in het landschap? 

“Wij zijn de beheerders van het landschap. Wij kunnen de natuur helpen om weer weerbaar te worden. De Coulissen kan daar een casestudy voor zijn.” 

 De menselijke ingrepen: de lange haag, de wegen, de huizen zijn het frame en zorgen ervoor dat het niet als slordig wordt ervaren. Maar de rest is vrijer. De bomen, planten en het (on)kruid. Dit mag juist ‘slordig’ worden. Hierdoor ontstaat er een divers landschap en een landschap wat zichzelf ontwikkeld is naar mijn idee het meest weerbaar.” 

Wat wil je meegeven aan ontwikkelaars? 

Bouwen met en om de natuur vraagt om meer flexibiliteit. Er zijn daarom veranderingen nodig. We staan in de kinderschoen met ons vak hoe we omgaan met een dynamisch landschap, zoals bijvoorbeeld Duivenvoordencorridor.  

Andrew geeft als voorbeeld dat de jonge bomen nu verstevigd staan omringd door palen. Terwijl de natuur juist hier zelf zijn werk doet en moet doen. Hij pleit ervoor de natuur meer zijn gang te laten gaan. Het systeem kan veel meer observatiegedreven zijn. Dit betekent meer onzekerheid en minder bepalen wat er gebeurt en pas bijsturen wanneer dat nodig is. In plaats van nu alles vanuit protocollen te doen om grip te houden.  

“Veel meer met de natuur ontwikkelen. En kijken wat een landschap nodig heeft om daar plannen voor en omheen te maken.” 

Zie hier het onderhoudsplan voor de openbare ruimte. Een voorstel van Andrew van Egmond.

tekst: Melissa George - Contentmanager

null